Een groep kampeerders is zo lang op vakantie geweest dat ze de dag van de week zijn vergeten. Het volgende gesprek volgt.
Darryl: Wat is de dag? Ik denk niet dat het donderdag, vrijdag of zaterdag is.
Tracy: Nou, dat beperkt het niet veel. Gisteren was zondag.
Melissa: Gisteren was geen zondag, morgen is het zondag.
Ben: Overmorgen is zaterdag.
Adrienne: Eergisteren was het donderdag.
Susie: Morgen is het zaterdag.
David: Ik weet dat overmorgen geen vrijdag is.
Als de bewering van slechts één persoon waar is, welke dag van de week is het dan?
Antwoord
Het is woensdag. Als het een andere dag van de week was, zou meer dan één verklaring waar zijn. Om het raadsel op te lossen, evalueert u de verklaring van elke persoon en noteert u welke dag het volgens de verklaring zou kunnen zijn. Davids verklaring geeft aan dat het elke dag van de week kan zijn behalve woensdag. Als je de dagen opsomt dat het volgens ieders verklaring zou kunnen zijn, blijkt dat woensdag de dag maar één keer genoemd wordt. Darryl: zondag, maandag, dinsdag of woensdag Tracy: maandag Melissa: zaterdag Ben: donderdag Adrienne: zaterdag Susie: vrijdag David: zondag, maandag, dinsdag, donderdag, vrijdag of zaterdag