Wat is het verschil tussen een bakker en een tapijt?
5 willekeurige raadsels
Het Grote Dierenbos
Gemene stropers hebben in het Grote Dierenbos vier dieren gevangen en hen in vier aparte kooien gestopt. De vier dieren zijn:
- de leeuw, die altijd de waarheid spreekt;
- de jakhals, die altijd liegt;
- de papegaai die het laatst gegeven antwoord herhaalt (als hij de eerste is, zegt hij willekeurig "ja" of "nee");
- de giraffe, die zo sloom is dat hij eerlijk antwoord geeft op de vórige vraag (als hij de eerste is, zegt ook hij willekeurig "ja" of "nee").
De andere dieren willen hen bevrijden en hebben de kleine, slimme egel op pad gestuurd om poolshoogte te nemen. Midden in de nacht sluipt de egel het kamp van de stropers binnen en probeert uit te vissen welk dier in welke kooi zit. Omdat het donker is, kan hij niet zien welk dier in welke kooi zit. Een voor een vraagt hij hen: "Ben jij de jakhals?" Na de vier antwoorden gehoord te hebben, weet de egel alleen in welke kooi de giraffe zit. Vervolgens vraagt de egel hen in dezelfde volgorde: "Ben jij de giraffe?" Na de vier antwoorden gehoord te hebben, weet de egel ook in welke kooi de jakhals zit. Omdat de egel dan nog steeds niet van elk dier weet in welke kooi hij zit, vraagt hij aan het eerste dier: "Ben jij de papegaai?" Het antwoord is "ja", en nu weet de egel precies welk dier in welke kooi zit. De egel keert terug naar de andere dieren en samen bevrijden ze de gevangen dieren.
Welk dier zat in welke kooi?
We nummeren de kooien een tot en met vier in de volgorde waarin de egel de dieren een vraag stelde.
Op de vraag "ben jij de jakhals?" zullen de leeuw en de jakhals "nee" geantwoord hebben. Omdat de egel na de eerste vraag wist in welke kooi de giraffe zat, moet de giraffe "ja" gezegd hebben, ná een ander dier dat "nee" heeft gezegd. De giraffe zat dus niet in de eerste kooi. Wat de papegaai heeft gezegd, weten we niet.
Op de vraag "ben jij de giraffe?" zal de leeuw "nee" geantwoord hebben, de jakhals "ja" en de giraffe "nee" (want hij geeft antwoord op de vorige vraag). Wat de papegaai heeft gezegd, weten we niet.
Op de vraag "ben jij de papegaai?" zal de leeuw "nee" geantwoord hebben, de jakhals "ja" en de giraffe "ja" (want hij geeft antwoord op de vorige vraag).
We weten dat het eerste dier antwoordde met "ja", maar ook dat het antwoord de egel extra informatie gaf. Het dier in de eerste kooi was dus niet de giraffe of jakhals, want van hen wist de egel al in welke kooi ze zaten, en ook niet de leeuw, want die zou "nee" geantwoord hebben. Het dier in de eerste kooi was dus de papegaai, die het "ja" van de jakhals van de vorige vraag herhaalde. De jakhals zat dus in de vierde kooi.
Nu weten we alleen nog niet in welke kooi de leeuw en de giraffe zaten. Als de giraffe in de tweede kooi zat en de leeuw in de derde, dan had de egel na de tweede vraag al kunnen concluderen dat de papegaai niet in de derde kooi zat, omdat het derde dier (de leeuw die telkens "nee" antwoordde) dan niet de antwoorden van het tweede dier (de giraffe die eerst "ja" en dan "nee" antwoordde) herhaalde. Dan had de egel de derde vraag niet hoeven stellen.
Conclusie: in de eerste kooi zat de papegaai, in de tweede kooi de leeuw, in de derde kooi de giraffe en in de vierde kooi de jakhals.
110
Verdeel 110 in tweeën, waarbij het ene getal 150% van het andere getal is. Wat zijn de 2 nummers?
66 en 44
Rijst
Waarom wordt er in China meer rijst gegeten dan in Japan?
Omdat China veel groter is dan Japan!
Ei
Hoe smijt je een ei tegen de muur zonder het te breken?
Met kip en al.
Peuken
Een zwerver rolt 1 sigaret van zes peuken, hoeveel sigaretten rolt hij van 36 peuken?
Van de eerste 36 peuken rolt hij zes sigaretten, maar als hij die weer heeft opgerookt kan hij van de 6 nieuwe peuken weer een sigaret maken. In totaal dus 7 sigaretten.